Zelf jam maken met een vleugje vanille en basilicum
Voor 2 potjes
Dit recept is van Janneke Meijer. Zij is al heel lang werkzaam bij Estafette Odin, op verschillende afdelingen. Eén van haar vaste werkzaamheden is het bedenken en maken van recepten. Ze kookt het liefst met verse producten van het seizoen.
Wat heb je nodig:
300 g lekker zomerfruit zoals ontpitte kersen, allerlei soorten bessen, bramen, frambozen, nectarinestukjes, aardbeien, meloenblokjes of stukjes pruimen
4 el water of sinaasappelsap
40 g chiazaad
3 tot 4 el zoetmiddel naar keuze (bijvoorbeeld ahornstroop, honing, agavesiroop of oerzoet)
½ tl vanillepoeder
handje basilicumblaadjes, fijngesneden
En zo maak je het:
Kook twee glazen potjes met deksel uit in een pan met water. Doe het schoongemaakte fruit met het water of de sinaasappelsap in een pannetje en breng al roerend aan de kook. Laat het 5 minuten doorpruttelen. Voeg het chiazaad, de vanille en het zoetmiddel toe. Als je de stukken fruit te groot vindt, kun je er nog even de staafmixer in zetten. Haal het pannetje van het vuur en roer de basilicumblaadjes erdoor. Vul de potjes voorzichtig met de hete jam. Draai de deksels erop en zet op z’n kop om vacuüm te trekken. Laat de jam afkoelen en bewaar in de koelkast.
Eet de jam binnen twee weken op, want er zit geen berg suiker in om te conserveren. Als de potjes goed vacuüm trekken, blijft het wat langer goed. De jam is lekker op een geroosterd broodje, maar ook over ijs, pannenkoeken of door yoghurt natuurlijk. Ook kinderen smullen hiervan is mijn ervaring!